gerichtsman, geboren ca 1491 te Barneveld, overleden voor 1551 te Overbetuwe, voor 09 03 1551, begraven voor 1551 te Overbetuwe, in de ridderschap van Overbetuwe 1539, kreeg hij het bevel van de hertog zich als lid van de adel van paard en harnas te voorzien. Was gerichtsman te Ede in 1518, Heerde 1518, Barneveld 1518 1520, 1524, 1525, 1533, Bemmel 1545. Hij woonde sedert 1533 in Overbetuwe en heeft goed te Angeren, heeft 1/2 goed Bryler en 1/4 van de olde hofstede te Bryler te Barneveld, die zijn vrouw en dochter Josina overdroegen aan Johan Hackfort en Geertruid van Domseler en waarvoor zij 1/4 van het goed Schoonderbeek tot onderpand stellen. Zijn erfgenamen bezaten het goed de Schaffelaar. Trouwde met een dochter van Otto van der Horst en Belia van der Hoecelick en vervolgens
met Adriana van Hackfort, dochter van Olivier Hackfort en Christina Ridder. Zij lijftochtten elkander St. Valentijnsavond 1546. Zij hertrouwd met Goossens Smulling.