Graaf van Holland
(1061-1071,
1076-1091) |
onder voogdij van zijn stiefvader Robrecht de Fries 1061-1071, zag zijn landen bij Rijnland en Westflinge vervallen verklaard aan Utrecht bij oorkonde van keizer Hendrik IV 30 apr. 1064, verdreven uit Kennemerland 1071 doch werd opnieuw aangesteld tot graaf na de moord op hertog Godfried II 'met de Bult' 1076, onttrok de Zuid-Hollandse eilanden aan de macht van de Utrechtse bisschop en nam de sterkte IJsselmonde in juni 1076, steunde in de Constituurstrijd de pauselijke partij (1078)
Broers en zussen
|
Aan de kant van Gertrudis van Saxen 1033 |
|
|