Henrick van Arler schout te Putten (1539), nog vermeld 1541, overleden vóór 3 juni 1547; trouwde in of vóór 1533 met Naete van Hoeckelom (vermoedelijk een zuster van Griet van Hoeckelom, want deze noemt in 1539 Henrick van Arler haar zwager, overleden na 3 maart 1580. Op 25 juli 1547 is er een Missive van de Stadhouder aan Reyner van Arler en de weduwe van Henrick van Arler, met last om op 6 augustus a.s. voor het Hof te verschijnen ten einde tegen pastoor, kerkmeesters en kerspelslieden van Putten gehoord te worden in zake hun geschil over de Kleefsche penningen.