zijn naam was ook geschreven als Florens van Donseler. Hij stond op de munten in 1616. Zijn wapen was een rood ankerkruis op een zilveren achtergrond. Hij was aanvankelijk zijdelaken koopman, maar volgde op 29 oktober 1615 zijn broer Hendrik op als muntmeester. In mei 1618 ontvluchtte hij de stad met medeneming van 180.000 gulden in contanten. De Amsterdamse wisselbank vroeg in de daarop volgende maand zijn failisement aan. In juli 1618, nadat de rust in de stad door prins Maurits was hersteld, keerde hij terug en werd hij in zijn functie als muntmeester hersteld. Voor de productie van enkele penningen liet hij stempels snijden door Jacob Bijler, stempelsnijder van de Hollandse Munt. In 1628 trad hij af als muntmeester en werd hij opgevolgd door Johan van Vianen