Zij wordt genoemd in 1383 met haar vader en broer Garcelis. In 1400 heeft zij de molen van Nijkerk in erfpacht. Dissa Henric Servaaszoonsdochter van Aller betaalt tins wegens goed te Nijkerk, 1406, 1407. (Restandlijsten, folio 4). Zij, Tyssa, Jacob Bierwisch wijff, bezit land onder Scherpeschoten, Nijkerk, hetwelk later in het bezit komt van het gasthuis te Nijkerk (Thinsboek). Zij betaalt wegens de Allerscamp, 1411 (Restandlijsten folio 6 verso).
De deken en kapittel der Sint Walburgskerk te Arnhem maakten op 15 juni 1476 bekend, dat twee huizen achter de stadsmuren, staande binnen de afbakening (in de "weer") van het besloten nonnenklooster van Sint Agnieten en behorende tot het stichtingsvermogen van twee vicarieën in de kapittelkerk, waarvan "Gelys ingen Nuwelant, jonffr. Jutt sijn huysfr., ende Dyss Byerwisch, all zeliger gedachten", stichters zijn, enige jaren geleden aan het genoemde nonnenconvent zijn verkocht, en dat zij hun toestemming hebben gegeven aan de herbelegging van de koopsom.
Dyss komt verschillende malen voor in Arnhemse schepenakten en stadsrekeningen, het laatst in een akte van 13 april 1428.