Geslacht  Van de Geest, Van der Geest

            Volgens Putman een Burgman-Feestra

 

De Familie van de Geest, en de Bunschoter verschrijving “ van der”  is in Bunschoten Spakenburg een geslacht van smeden en boeren.   Bunschoter stamvader is Aart Ghijsberts een timmerman uit Barneveld.

 

 

o   Album van de Geest  Foto’s en documenten

 

 

 

 

Het geslacht van de Geest is terug te voeren naar de omgeving van Voorthuizen waar Theunis Gijsbertse(1678)  met zijn vrouw Engeltje Hendriks(1682) woonden. Dus de oudst bekende voorvader moet Gijsbert zijn geweest.

Van Theunis zijn 4 Kinderen bekend, Peter en Grietje, geboren in Voorthuizen en  Gijsbert en Jannetje in Putten.

 

Peter Theunissen(1695)   woonde met zijn vrouw Geertjen Jans in Voorthuizen op de hoeve “op de Geest” wat blijkt uit de geboorteakten van zijn kinderen.  In die akten staan de vermeldingen dat zij te Voorthuizen op de Geest woonden en dat Geertjen van de Coopersteeg onder Voorthuizen kwam.  

Peter werd als lidmaat van de Gereformeerde kerk te Voorthuizen  in 1721 bijgeschreven.

Dus Peter en zijn nageslacht voerden de naam “van de  Geest”.

 

Van stam-moeder Engeltje staat vermeld dat zij in Putten is gestorven. Klaarblijkelijk woonde zij op het kerkelijk grondgebied van Putten. Dat  blijkt niet alleen uit haar overlijden maar ook bij de doop van de twee jongste kinderen.  

Zoon Gijsbert Theunisse woonde in Putten maar werd ook als zijnde “op de Geest onder Voorthuizen” vermeld.

De naam van de hoeve wordt  al in 1683  genoemd bij in een huwelijksakte in Barneveld  van Geurtien Lubberts,  dochter van Lubbert Geurtsen “op de Geest onder Voorthuizen”.

Dus blijkbaar bevond de hoeve zich ergens tussen Voorthuizen en Putten zodanig gelegen dat het bij de kerk of parochie van Putten behoorde. Gijsbert Theunisse en zijn kinderen woonden dus weliswaar niet “op de Geest” maar wel in Putten terwijl ze toch de naam voerden van de Geest.

 

Het voorgeslacht waren allen boeren maar Gijsberts zoon Aert Ghijsbertsz verhuisde later van Putten/Voorthuizen naar Barneveld
waar hij het beroep van timmerman uitoefende.  Nog weer later verhuisde hij naar Bunschoten.

Het is opvallend dat hij in plaats van boer een ambachtsman was en ook velen van zijn nageslacht in Bunschoten dat waren.

Aert en diens zoon Willem waren timmerman. Terwijl keinzoon Jan Wouterusz de stamvader werd van een zeer talrijk Bunschoter boeren nageslacht werd kleinzoon Gerrit Wouterusz smid evenals diens zoon Wouterus en de kleinzonen Willem en Cornelus.

Gerrit werd zo de stamvader van vele Smeden in Bunschoten en Spakenburg tot op de huidige dag.

 

 

 

Herman.